‘Watte-vakman’ zaterdag 21 september 2019 – Posted in: Columns

Ik vloek nogal veel én graag. Met als gevolg dat mijn kinderen dat ook doen en dát is natuurlijk niet helemaal de bedoeling.
Nu kan ik nog wel leven met: ‘het kan me geen reet schelen’ en ‘shit wat een pleurisweer’, maar iets minder fijn is het wanneer mijn meest geliefde uitspraak ‘What the fuck man’ ineens uit de mond van een vierjarige klinkt die, in onze favoriete ijssalon, een klodder ijs op z’n T-shirt morst.
En om die pijnlijke momenten te elimineren, hebben we sinds kort een regel. Als papa of mama vloekt, moet er een centje in de pot en als een van onze kinderen vloekt, dan halen we er een centje uit. En als de pot uiteindelijk vol is, mogen zij een cadeautje uitkiezen. Nu zou je verwachten dat onze kinderen eindeloos hun best doen om ons tot vloeken te verleiden, maar zó slim zijn ze gelukkig nog niet; wel zijn ze me dagelijks te slim af.
‘Hee! Kom op nou’, schreeuw ik. ‘Loop nou even door!’ ‘We moeten nog langs de bakker voor een broodje’, zeg ik nu iets liefdevoller.
‘Mam’, zegt Lilli resoluut. Ze blijft even staan. ‘Dat kan me écht geen reet schelen’. Vanonder haar donkere wenkbrauwen kijken twee ogen mij vol verwachting aan.
‘Tja’, zeg ik. ‘Kom mee’, terwijl ik links en rechts een mollig handje vastpak en besluit om hier even niet op te reageren.
‘We zijn er bijna, ik ruik de bakker al. Wat een vakman’, zeg ik enthousiast.
‘Mam’, roepen ze verschrikt, ‘centje in de pot!’
‘Waarom?’, roep ik op mijn beurt. ‘Ik vloekte niet!’
‘Ja, wel, je zei fakman’, schreeuwen ze unisono.
‘Nee, ik zei vakman. Dat is iemand die heel goed is in z’n werk, zoals de bakker.’
‘Oh’, klinkt het beteuterd.
‘Maar het klinkt dus hetzelfde?’, vragen ze verbaasd.
‘Ja’, zeg ik. ‘Het klinkt hetzelfde’.
Met een half bolletje – gekregen van de bakker – stappen we even later naar buiten en binnen een seconde ligt die van Ilja in een diepe plas. Zijn onderlip trilt. Teleurgesteld kijkt hij zijn zinkende broodje na, schopt er uit woede nog even snel tegen aan en roept: ‘ah, watte vakman.’
‘Ilja!’, roep ik- hem vermanend aankijkend.
Dan lichten zijn ogen op en kijkt hij me slinks en breed lachend aan.
‘Het klopt wel, hè mam, de bakker is een vakman.’

« Inner Gremlin.
12.960 punten. »